Woensdag 11 september: boot
Zoals ik al voorspeld had werd het
een “daladalacruiseschip”. Maar we wisten echt niet waar we ons konden aan
verwachten. Je kon kiezen tussen eerste of tweede klas. We kozen toch maar
eerste klas, ook al omdat ze ons dat in de “lodge” hadden aangeraden. De brug van de kade naar de boot is een
verzameling van planken. Alle mogelijke maten, vormen en diktes liggen er door
elkaar. Meer geluk dan kunde (voor ons) als je daar geen armen of benen breekt.
Maar de mensen van hier lopen daar over met drie zakken tegelijk op hun hoofd
alsof ze over de catwalk gaan. Al wat je kan bedenken wordt in het ruim geladen.
Tonnen olie, tientallen balken van elk zeker vijf meter lang en ga zo maar
door. Tweede klas is dus gewoon het ruim waar dat alles ligt. Daar zitten tegen
vertrektijd honderden mensen tussen al die bagage. Tientallen mama’s met
kindjes, ze zijn natuurlijk ook vergezeld van hun huisdieren, geiten, kippen ..
in het ruim zit iedereen opeen gepakt
de reddingssloep die de mensen van de boot naar de kade brengt
super grote pakken worden naar boven gehesen
Ze hebben eten en drinken bij voor de hele reis. Een deel van de mensen blijft
wel maar één nacht op de boot. Ik heb geen reuk maar Jan zegt dat het daar al
stinkt van jewelste.
Ik heb nog nooit zoveel bewondering
gehad voor mensen als voor dit volk. Het
zijn enorme doorzetters, plantrekkers, blijgezind, doodeerlijk en heel
behulpzaam!
Eerste klas is het bovendek. Daar
staan een vijftal houten banken en de vloer is bedekt met planken. Dat is het
dan. Je zat er wel bijna alleen.
eerste klas dek
samen op het "cruise" schip
Er is ook een “restaurant” met vier tafels. Daar
eten wij plus enkele “chefs” van de boot. De mensen van tweede klas mogen dan ook niet
hier komen. Toen we met heel ons gezin naar Griekenland vaarden (wat al
achttien jaar geleden is) waren er op die boot wel vijf restaurants in alle
prijsklassen. Een filmzaal, een zwembad… Ik had deze boot toch iets beter verwacht. Zeker
omdat ze zo trots zijn op deze vaart! Maar hoe durf je hier nog zagen en klagen als
je de mensen daar beneden opeengepakt ziet zitten?
De boot stopt onderweg vijf keer. Die
kan niet aanmeren. Ze laten dan hun twee reddingssloepen naar beneden en door
een luik kruipt iedereen dan op de sloep. Toegelaten personen: 22. Soms telden we het dubbele aantal plus de
bagage. Boot bijna gelijk met het water. Eén geit hadden ze niet goed gemikt en die
viel in het water maar gelukkig had ze een koord rond haar nek waarmee ze haar
eruit konden halen. Ook als het donker is roeien ze zo naar de kant. Maar dag
of nacht, het is hier altijd grote ambiance. Niemand klaagt of zaagt, ik kan
het niet vatten. Kinderen hoor je hier ook nooit wenen. Zelfs tegen betaling kreeg je
bij ons niemand mee op zulke boot! Twee
haltes van de vijf zijn op Mozambique maar we kunnen natuurlijk nergens van de
boot.
Rond elf uur morgenvoormiddag zijn we
in Monkey bay. Daar kan je wel aanmeren. Een doucheke zal goed doen.
Het is hier donker om zes uur ’s avonds en ’s
morgens al om vijf uur licht. Het uur is hier hetzelfde als België (één uur vroeger
dan in Tanzania). Ik ben hier dan ook
elke dag om vijf uur springlevend en probeer dan alle trukken om Jan ook uit
het bed te krijgen.
Donderdag 12 september: Monkey bay
elkaar schoon schrobben
we doen de was en de afwas
broers en zusjes wassen elkaar
Het eerste dat we zagen toen we op Monkey bay aankwamen waren apen maar eigenlijk is dat niet verwonderlijk. Onze lodge (ze noemen hier elke kamer een lodge) ligt aan het meer. Terrasje aan met leuk zicht op het meer. De kinderen zijn hier natuurlijk allemaal in het water aan het spelen terwijl de mama’s hun was doen in het meer. Ze laten hun was drogen op het zand en als het droog is schudden ze het zand eruit. Zo simpel is dat. Ondertussen bengelen de baby’s achteraan op moeders rug. De kinderen spelen hier uren zonder dat de mama’s problemen of ruzies moeten oplossen. Ze hebben geen schopjes, emmertjes of wat dan ook. Wafels of ijsjes zeker niet. Ze plonsen en spetteren en meer hebben ze blijkbaar niet nodig. Voor ze naar huis gaan worden de kinderen nog eens goed geschrobd met groene zeep die je hier in de winkel kan kopen. Hier wordt alles nog verkocht zonder verpakking. De vrouwen zijn hier heel spontaan. Heel de wereld mag hun borsten zien. Af en toe draaien ze hun kindje naar voor, de baby maar tutteren en zij doen voort de was.
Vrijdag 13 september: Monkey bay
links zie je onze lodge en het terras
Je kan je hier een hele dag vermaken
door naar de kinderen en de mensen te kijken. We zijn vandaag rond de middag
naar het dorp geweest maar dat was geen goed idee. Het is hier snikheet. Zo
vlug we konden zijn we naar het meer gestapt en daar ben ik languit met kleren
en al in het water gaan liggen. Voor hen is dat niet verwonderlijk want ze gaan
allemaal met hun kleding aan zwemmen maar
als een blanke dat doet is dat blijkbaar supergrappig. Het water is er meer dan
lauw maar het deed toch deugd.
‘s Avonds koken ze , uiteraard veel
vis, en daarna is het steeds grote ambiance, er wordt gezongen en plezier
gemaakt. Om negen uur is het overal muisstil en is iedereen naar bed. Althans
de vrouwen en de kinderen, want de mannen varen ’s avonds uit om te gaan
vissen. ’s Morgens om vijf, zes uur zijn ze terug… De vis wordt direct
verkocht, het overschot gaat naar andere dorpen en “steden”. De vrouwen komen met potten en pannen naar
het meer om die daar te schrobben. Hoe doen ze dat? Met rieten lapjes en zand.
Ik ben hier altijd heel vroeg wakker en dan ga ik daar een “klapke” doen. In de
namiddag herstellen de mannen hun netten.
Zaterdag 14 september: boot Monkay
Bay – Chipoka, dan Salima
het cruise schip
Vandaag hals over kop vertrokken want
we merkten om negen uur dat we met dezelfde boot waarmee we gekomen waren een klein
stuk terug konden varen (die boot blijft twee dagen in Monkey bay liggen en
vertrok terug om half tien). Dat zou ons
een moeilijke busreis bespa-ren. We varen mee van Monkey bay tot Chipoka (drie
uur varen). In Chipoka kan de boot niet
aanmeren, dus moesten we ook langs het luik in de reddingssloep. Daarna
overstappen op een tweede boot om daarna metershoog langs de kade omhoog te
klimmen. De mensen helpen ons gelukkig altijd met de bagage. Daarna nog een
uurtje tot Salima. Morgen met de bus naar
de hoofdstad van Malawi: Lilongwe
de badkamers in de lodges zijn niet altijd even oké
Zondag 15 september: Salima -
Lilongwe
Als je een reis boekt naar Malawi
moet je als optie, denk ik, elektriciteit nemen. Anders heb je gegarandeerd geen. Op sommige plaatsen hebben ze een
generator maar dan hebben ze weer geen diesel, dus naar enig lichtpunt kan je
fluiten. Maar het zijn romantische kerels, dus ze hebben altijd kaarsen
voorhanden en in noodgevallen hebben we zelf nog een zaklamp. Zolang we reisden
hebben we nog nergens een wassalon gezien. Winkels waar ze elektrische
toestellen verkopen? Vergeet het! Alleen in de grootsteden. En die zijn er hier
nog minder dan witten in Malawi. Eén dus :Lilongwe.
Hoe doen wij dan onze was? We hebben
een klein borsteltje en met groene zeep schrob ik dan onze was als de “echte”! Jan
spoelt en hangt op. We hebben zelf koord bij en wasspelden, dus propere kleding
hebben is nooit een probleem. Een uur later is trouwens alles droog.
Wat verkopen ze hier dan wel in de
dorpen? Fruit, groenten, brood, vis, rijst ….. manden, gevlochten matten,
plastic huisgerief. Om een matras ben je ook nooit verlegen want dat vind je op
elke hoek van de straat. Maar daar zoeken we nu niet onmiddellijk naar.
Uitzonderlijk een apotheek, of wat zij een apotheek noemen.
Regelmatig spelen we rummikub of
crossword. Op onze leeftijd ga je al eens tot die spelletjes over. We hebben
dan altijd veel beziens want een gezelschapsspel hebben ze natuurlijk nog nooit
gezien.
Fietstaxi genomen van aan de “lodge”
tot aan het busstation.
met de fietstaxi en al de bagage naar de bus
Dan 97 km tot in Lilongwe. Jan had daar al iemand gevonden die ons naar
het “camp” kon brengen; Ik altijd vijfhonderd meter achteraan. Ondertussen was
er al natuurlijk een gast die mijn bagage wou nemen om in zijn auto te zetten.
Die was duidelijk niet op de hoogte dat ik een groot aantal zonen heb. Na een
flinke tik op zijn pollen en een super boze blik droop hij met zijn staart
tussen zijn benen weg. Zijn kameraden hadden duivels plezier. Ik ben het dan
gaan goedmaken want die kerels hebben nooit slechte bedoelingen. Het was een
sketchke waard. Die kerel gaat in elk geval niet zo vlug meer naar een witte
madam gaan.
Onze Vos en ons Kathleen
verwachten een dochter rond 26 januari. Een zusje dus voor onze Kamiel en onzen
Toon! Joepiejee!!!
Hallo
allemaal! Nog iets dat hier overal wordt verkocht (nog veel meer dan op elke
hoek van de straat): telefoonkaarten en internetkaarten. Een klein “detail”: ge
kunt met een kaart alleen bellen naar mensen die een kaart van dezelfde
provider hebben. Pech dus als uw vrienden bij een andere aangesloten zijn. Dan
moet ge maar verschillende kaarten kopen of niet bellen… en dat internet, nu
ja: als ge al kunt opstarten zijt ge een geluksvogel. En het is niet omdat ge
een site kunt openen dat ge op die site, bijvoorbeeld onze blog, verder kunt
gaan. En foto’s versturen is dikwijls helemaal een raadsel. Uiteindelijk
resultaat: na enkele uren proberen met vaak een eeuwigdurend wit scherm sluit
ge de boel af. Tomorrow is another day…
Gisteren en
vandaag hebben we 2 keer een voorzichtige chauffeur gehad. We dachten al dat we
opnieuw thuis waren, niet normaal… wel opvallend: telkens de bus een helling
afrijdt, zet de chauffeur met een knoppeke de motor af. Ge kunt dan misschien
niet meer remmen, maar waar maken we nu een probleem over?
Hier is het
om 6 uur al pikdonker. Dat maakt me soms pisnijdig, want ik blijf graag laat
op. Ik blijf consequent en dus zit ik ’s avonds nog wat buiten te lezen of te
kruiswoordraadselen tot een uur of elf. De nachtwaker (een obligate job overal
waar een toerist zou kunnen komen slapen) kan zijn slaapogen dan ook nooit
geloven. Dat het vrouwke elke dag zo vroeg wakker is… spijtig voor haar, ik
blijf nog graag een uurtje in mijn koffer. Ik vind opstaan niet erg, maar zo’n
drukke dagtaak wacht me nu ook niet…
We voelen
ons hier goed, maar ik heb niet het gevoel dat ikzelf hier voor lange tijd zou
aarden. Daarvoor is de samenleving te verschillend en het gebrek aan
organisatie te schrijnend. Maar de mensen zijn hier heel werklustig, heel
eerlijk en ook hartelijk. Dat ze je soms proberen te rollen moet je er bij
nemen, per slot van rekening moeten ze in hun onderhoud voorzien en velen
hebben geen job. 80% werkloosheid in malawi, moet er geen zand zijn? Toch niet,
want dat is er hier al in overvloed…En de helft van de jobs zijn volgens mij
zinloos. Overal wordt gekeerd. Eerst buiten op de straat of voor de deur, dan
kan het zand lekker overal door de openstaande deuren binnenvliegen. Dan natuurlijk
alles van binnen naar buiten keren. En de cirkel is rond… jarenlange
werkzekerheid gegarandeerd!
Afijn, we
laten hier niks aan ons hartje komen. De piano mis ik wel. De enige die we zijn
tegengekomen hadden ze beter jaren geleden opgestookt… We missen jullie
allemaal en de hondjes natuurlijk wel en zijn altijd blij als er van het
thuisfront nieuws is. Tot morgen op de blog! Groetjes van “papa”
Maar Jan en Gonda toch wat een reis . Bewonderenswaardig , echt waar .Reuze hoe jullie met die mensen communiceren. In welk taaltje is dat eigenlijk . Zo'n reis gaan toch niet veel mensen nadoen denk ik . Wij ZEKER niet . En toch ben ik stiekem een beetje jaloers op al wat jullie beleven . Geniet er van en kom met massa's verhalen naar huis . Wij zullen een vertel - weekend organiseren :-) xxx
BeantwoordenVerwijderen